Gemeente Utrecht

Algemene Ondersteuning

Algemene Ondersteuning

Wat heeft dat gekost?

Nominale begroting 2016

Actuele begroting 2016

Realisatie 2016

Verschil actueel / realisatie

Baten

Overhead organisaties

1.877

1.669

2.330

662

HRM, Facilitair

170

1.981

2.988

1.008

Advies en ondersteuning

40

40

800

760

Informatie – en procesmanagement

0

816

1.039

223

F&C, JZ, Inkoop

0

276

402

127

Ten behoeve van Raad

0

0

1

1

Totaal Baten

2.087

4.781

7.560

2.780

Lasten

Overhead organisaties

1.877

1.468

2.129

-662

HRM, Facilitair

36.928

39.100

39.792

-693

Advies en ondersteuning

12.026

12.749

13.263

-514

Informatie – en procesmanagement

38.413

42.349

45.186

-2.838

F&C, JZ, Inkoop

11.610

12.119

12.700

-582

Ten behoeve van Raad

0

0

1

-1

Totaal Lasten

100.853

107.784

113.072

-5.288

Saldo baten en lasten

-98.766

-103.003

-105.512

-2.508

Mutaties reserves

Toevoeging reserves

0

1.466

1.466

0

Onttrekking reserves

0

1.676

4.547

2.871

Bedragen zijn in duizenden euro's

Financiële toelichting
Hierna lichten wij per onderdeel de belangrijkste financiële ontwikkelingen toe.

Overhead organisaties
Dit betreft een administratieve toerekening van de lasten en baten van de overhead van de verschillende organisatieonderdelen aan de gemeentelijke programma’s. Per saldo is dit nul.

HRM, Facilitaire Zaken
De baten van het onderdeel HRM en Facilitaire Zaken zijn 1,008 miljoen euro hoger dan begroot en de lasten zijn 0,693 miljoen euro hoger dan begroot.

Het voordeel op de baten is toe te schrijven aan een verschuiving in de realisatie tussen de baten en de lasten van 0,581 miljoen euro. Dit betreffen inkomsten uit dienstverlening die in de begroting niet op baten zijn verantwoord, maar als aftrek op de lasten zijn verwerkt. Verder waren er 0,393 miljoen euro niet begrote inkomsten vanwege extra facilitaire dienstverlening, boven op de standaard, aan de huurders Stadskantoor en door de doorbelasting van verbouwingskosten aan derden. Het resterende verschil op de lasten van 0,034 miljoen euro is toe te schrijven aan incidentele voordelen.

Het nadelige resultaat op de lasten wordt veroorzaakt door bovengenoemde verschuiving tussen baten en lasten in de realisatie van 0,581 miljoen euro. Daarnaast zijn de lasten 0,183 miljoen euro hoger vanwege extra dienstverlening aan de huurders in het Stadskantoor en de lasten van verbouwingskosten voor derden. Het resterende verschil op de lasten van 0,071 miljoen euro is toe te schrijven aan incidentele voordelen.

Advies en Ondersteuning
De baten van het onderdeel Advies en Ondersteuning zijn 0,760 miljoen euro hoger dan begroot en de lasten zijn 0,514 miljoen euro hoger dan begroot. Deze saldi zijn als volgt opgebouwd:

Extra inkomsten uit externe dienstverlening leverden 0,597 miljoen euro op. Deze leveringen zijn incidenteel en daarom niet begroot. Een voordeel van 0,053 miljoen euro is toe te schrijven aan niet begrote, incidentele baten. Verder betaalde het Europese subsidieprogramma Kansen voor West 0,110 miljoen euro aan subsidies uit ter dekking van de niet begrote programmakosten van 0,110 miljoen euro. De resterende kosten betreffen de cofinanciering van 0,065 miljoen euro. We stellen voor om dit bedrag te onttrekken aan de desbetreffende bestemmingsreserve.

Het restant van de hogere lasten is toe te schrijven aan een aantal factoren: Er stonden gelijke lasten tegenover de hogere baten van 0,597 miljoen euro en de opgelegde taakstelling op de bestuursadviseurs was nog niet ingevuld (tekort van 0,326 miljoen euro). Er is wel sprake van succesvolle detacheringen, maar dat leverde in 2016 nog niet genoeg op om de kosten van overbezetting te dekken. Er waren echter ook voordelen aan de lastenkant: een vergoeding van frictiekosten van 0,11 miljoen euro, een voordeel op de overheadkosten van 0,15 miljoen euro, een structurele plus in het budget van 0,08 miljoen euro, een overschot vanwege vacatures à 0,083 miljoen euro, een positief verschil op de begrote personele lasten van 0,1 miljoen euro en tenslotte een incidenteel voordeel van 0,061 miljoen euro.

Informatie- en procesmanagement
De baten van onderdeel Informatie- en Procesmanagement zijn 0,223 miljoen euro hoger dan begroot en de lasten zijn 2,838 miljoen euro hoger dan begroot.

Er zijn extra inkomsten gegenereerd van 0,12 miljoen euro doordat de inkomsten vanuit de dienstverlening voor de Grootschalige Basiskaart als negatieve lasten zijn begroot. Ook waren er niet begrote incidentele voordelen van 0,103 miljoen euro.

Niet begrote kosten met een omvang van 2,871 miljoen euro zijn toe te schrijven aan afschrijvingskosten van reeds afgeronde investeringen uit het ICT-investeringsprogramma. Deze worden gedekt uit een onttrekking aan de Vaste Activa Reserve van het ICT Investeringsprogramma. Deze dekking was niet opgenomen in de begroting omdat de omvang vooraf nog niet bekend was.

In de Voorjaarsnota 2014 zijn meerjarig middelen beschikbaar gesteld voor Datagedreven Sturing (in de jaren 2015 tot en met 2018 een budget van 2 miljoen euro per jaar). In jaarsnede 2016 is 0,275 miljoen euro van de beschikbare gestelde middelen nog niet uitgegeven. Deze middelen zijn reeds toegewezen aan doorlopende projecten.

Vanwege de focus op een aantal belangrijke dossiers, zoals het Vervangingsbesluit, het afronden van de vernieuwing ICT Stadskantoor en de doorontwikkeling van het selfserviceportaal zijn andere projecten op het gebied van digitale dienstverlening en samenwerking even uitgesteld of in een lager tempo uitgevoerd. Dit heeft een onderbesteding tot gevolg gehad van 0,603 miljoen euro.

Een overschrijding van 1,00 miljoen euro op het personeelsbudget wordt voornamelijk veroorzaakt door de salariskosten van overplaatsbare medewerkers bij Interne Bedrijven. Verder was er sprake van incidentele nadelen met een omvang van 0,110 miljoen euro en kostten de restpunten Stadskantoor 0,265 miljoen euro minder dan begroot.

F&C, JZ en Inkoop
De baten van het onderdeel F&C, JZ en Inkoop zijn 0,127 miljoen euro hoger dan begroot doordat deze als negatieve lasten zijn begroot.  

De lasten zijn 0,582 miljoen euro hoger dan begroot. Dit wordt vooral veroorzaakt door de Business Case Inkoop Professionalisering. In de Voorjaarsnota 2014 zijn hier meerjarig middelen voor beschikbaar gesteld. Het uitgavenpatroon loopt echter niet synchroon met de jaarschijven van de toegekende budgetten. Voor een bedrag van 0,661 miljoen euro is het budget pas volgend jaar beschikbaar. We stellen daarom voor om deze kosten ten laste van het budget 2017 te brengen.

Tegenover dit nadeel staat een niet begroot, positief resultaat op de lasten van 0,206 miljoen euro in verband met vacatureruimte, dat gedeeltelijk wegvalt door bovengenoemde verschuiving tussen de baten en lasten van 0,127 miljoen euro.