Gemeente Utrecht

Samenvatting

Bewoners en Bestuur
Het participatie- en initiatievenbeleid en het wijkgericht werken pasten we in 2016 in de hele gemeente toe. We hebben geleerd van de samenwerking tussen initiatiefnemers en ambtenaren, het initiatievenfonds geëvalueerd, de eerste ervaringen opgedaan met buurtbudgetten en Bewonersbod, en de vernieuwing van de wijkparticipatie in gang gezet. Ook zijn over zeer uiteenlopende onderwerpen stadsgesprekken gehouden, bijvoorbeeld over sport, voetgangers en de integratie van vluchtelingen.

Goede dienstverlening is het visitekaartje van de gemeente met als doel de Utrechter centraal stellen. In 2016 zijn we gaan werken met een continue klanttevredenheidsmonitor en een dashboard dienstverlening om beter te kunnen sturen op de inzet en verbetering van onze dienstverleningskanalen. We zien dat persoonlijk contact (balie en telefonie) het hoogst gewaardeerd wordt. De dienstverlening via de website laat een stijgende lijn zien: verschillende aanpassingen hebben geleid tot een grotere klanttevredenheid zoals het schaalbaar maken van de site waardoor www.utrecht.nl goed te bezoeken is op alle soorten apparaten – van computer tot smartphone en tablet. Ook de toegankelijkheid van het digitaal kanaal is toegenomen. Voor mensen die moeite hebben met het digitaal aanvragen van producten is vorig jaar www.Uabc.nl gelanceerd, hier wordt op een eenvoudige manier uitleg gegeven bij websites van onder andere de gemeente. Om het telefonisch contact te vereenvoudigen hebben we naast het bestaande nummer een nieuw telefoonnummer geïntroduceerd voor ons Klantcontactcentrum: 14030. Bij de balies hebben we actief ingezet op het behalen van de servicenormen en zijn we gestart met een pilot om de openingstijden te verruimen. We hebben op verschillende manieren en over alle kanalen heen ingezet om de gastvrijheid van onze medewerkers en de taal die we gebruiken te vergroten.

Stedelijke Ontwikkeling
De voortvarende ruimtelijke ontwikkeling van Utrecht na de vastgoedcrisis heeft in 2016 stevig doorgezet. De populariteit van de Nederlandse steden in het algemeen en Utrecht in het bijzonder neemt verder toe. Binnen de G4 onderscheidt Utrecht zich daarbij op het thema 'Healthy Urban Living'. Om richting te geven aan de groei die deze populariteit met zich mee brengt is in 2016 de Ruimtelijke Strategie Utrecht vastgesteld. De groei van de stad willen we faciliteren door verdichting zonder in te boeten op de kwaliteit. We kiezen daarbij voor gezonde verstedelijking. Daartoe zijn prioritaire gebieden aangewezen: het Nieuwe Centrum en de Merwedekanaalzone. Het Utrecht Science Park, Stationsgebied/Binnenstad, Leidsche Rijn Centrum, Lage Weide zijn aangewezen als economische hot spots.

Economisch herstel is duidelijk zichtbaar. Er wordt volop geïnvesteerd. In 2016 nam de woningvoorraad door nieuwbouw in Utrecht relatief het sterkste toe in Nederland. Er zijn 2453 woningen en studenteneenheden opgeleverd. Daarnaast zijn er in de stad 2463 woningen in aanbouw genomen, waarvan 656 in Leidsche Rijn. We hebben nieuwe prestatieafspraken gemaakt met de woningcorporaties. Daarnaast hebben we het afgelopen jaar veel nieuwe initiatieven zien ontstaan voor ruimtelijke herontwikkeling: initiatieven voor transformatie, voor het toevoegen van sociale of beleggers huur- en koopwoningen en ook voor een hotel en andere voorzieningen.

In 2016 is de openbare ruimte aansluitend aan renovaties van de corporaties opgeknapt, zoals Kanaleneiland Noord, woningen in de Rietveldbuurt en in het ‘THEMA-gebied’ in Overvecht (onder andere nabij Sint Maartendreef). Ook het Mereveldplein en de openbare ruimte rondom Startblok en Max is aangepakt.

Het erfgoed in de stad heeft een impuls gekregen met de inrichting van de tentoonstelling in het Castellum waardoor nu het Museum Hoge Woerd is afgerond. Daarnaast zijn door de hele stad naoorlogse gebouwen aangewezen als gemeentelijk monument en is het voortbestaan van het archeologisch bezoekerscentrum DOMunder in samenwerking met crediteuren, fondsen en donateurs veilig gesteld

Het afgelopen jaar is ook de Moreelsebrug geopend. Voor het Beurskwartier en het Lombokplein is een structuurvisie opgesteld. Samen met de bewoners en in samenwerking met het Utrecht Sustainable Institute zijn er in het kader van het Smart Sustainable District de mogelijkheden van energieneutraliteit, klimaatrobuustheid en een aantrekkelijk verblijfsgebied onderzocht.

We bereiden ons langs verschillende sporen voor op de implementatie van de Omgevingswet. We werken samen met de Provincie aan een ruimtelijke agenda waarin Healthy Urban Living en de omgevingswet centraal staan. Op het jaarlijkse Bestuurlijk Overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (BO MIRT) tussen het rijk en de partijen uit de noordvleugel hebben wij de Brede Gebiedsverkenning Utrecht-Oost ingebracht. Deze is vastgesteld als kansrijk perspectief voor de verdere ontwikkeling van het Utrecht Science Park en vooral de bereikbaarheidsopgave in relatie met het Centraal Station en de gebiedsontwikkeling in de Merwedekanaalzone. Dit moet in de komende jaren leiden tot concrete afspraken over de te realiseren programma’s en de daarmee samenhangende oplossingen voor de bereikbaarheid.   

Duurzaamheid
Utrecht groeit. We willen deze groei faciliteren in een gezonde leefomgeving. Dit leidt tot opgaven op het gebied van duurzaamheid en leefbaarheid: externe veiligheid, geluid, luchtkwaliteit, ondergrond, en energie. In Utrecht hebben we hoge ambities op dit terrein. In de basis worden alle nieuwe ontwikkelingen getoetst op de landelijke normen voor geluid, lucht, ondergrond en externe veiligheid.
Daarbovenop zoeken we bij gebiedsontwikkeling naar manieren om meer te doen dan deze landelijke eisen. Zo willen we geluid optimaal reduceren via bijvoorbeeld geluidsluwe gevels. Ook blijven we inzetten op een gezond vestigingsklimaat en het zoeken naar manieren om grondstoffen zo duurzaam mogelijk te benutten en daarmee ketens te sluiten. Dat doen we door projecten op het gebied van circulaire economie te initiëren en te ondersteunen.

Voor gezonde lucht streven we naar een verlaging van de concentraties voor fijnstof met als richtsnoer de WHO advieswaarden, in plaats van de EU-grenswaarde. We investeren in schoon vervoer (gebruik OV, fiets).  

Ten aanzien van het benutten van de ondergrond is eind 2016 de Utrechtse Bodemenergie Agenda ondertekend. Doel van deze samenwerkingsagenda is om in samenwerking met de provincie de ondergrond te benutten voor duurzame energie en de (bodem)waterkwaliteit te verbeteren. In de Kadernota Kwaliteit Openbare Ruimte (2016) is “meer en eerder aandacht voor de relatie tussen de bovengrond en ondergrond” opgenomen als een leidend principe voor ruimtelijke kwaliteit (gebruik, inrichting en beheer).

Binnen het programma Utrechtse Energie werken we per gebied op maat aan aardgasvrije gebieden en het stimuleren van zonne-energie met als doel minimaal 10% van de daken voorzien van zonnepanelen in 2020. We stimuleren activiteiten van anderen, die bijdragen aan de energietransitie in de stad. We doen dit door samen te werken met de belangrijkste spelers. Daarvoor is er dit jaar ook aan een aantal samenwerkingsovereenkomsten gewerkt zoals met Stedin als netbeheerder-, en Eneco als warmteleverancier.

Bereikbaarheid
Utrecht staat voor de uitdaging om de groei van de stad in goede banen te leiden. Gezonde verstedelijking is het uitgangspunt. Voor het verkeer heeft de groei van de stad grote gevolgen. We bouwen aan een duurzaam mobiliteitssysteem en leggen daarom het accent op openbaar vervoer, fiets en voetganger en zorgen daarnaast dat bestemmingen in de stad ook bereikbaar zijn voor het autoverkeer. Het verkeersplan Slimme Routes, Slim Regelen, Slim Bestemmen, dat in 2016 is vastgesteld, biedt hiervoor de blauwdruk.

In 2016 zijn een aantal schakels van het hoofd- en doorfietsnetwerk opgeleverd, zoals de Leidseweg, de fietspaden langs de van Hoorne- en van Egmondkade en de Oosterspoorbaan. Zeven doorfietsroutes zijn in voorbereiding of uitvoering. We hebben samen met inwoners, ondernemers en belangengroepen de mogelijkheden verkend voor een uitbreiding van het winkelwandelgebied.
We werken onverminderd verder aan De Uithoflijn waardoor straks 45.000 mensen per dag met de tram reizen tussen CS en De Uithof. Van het HOV netwerk is in 2016 de noordradiaal gereed gekomen met de oplevering van de busbaan door Leidsche Rijn Centrum. Voor de lange termijn zetten we geld opzij voor een systeemsprong in het OV die zorgt voor een goede bereikbaarheid van onder meer het toekomstige Beurskwartier, de ontwikkeling van de Merwedekanaalzone en het Utrecht Science Park.

In 2016 is ’t Goylaan opnieuw ingericht, waarbij verkeerslichten zo zijn afgesteld dat de verkeersafwikkeling in goede banen wordt geleid. De komende jaren zal Dynamisch VerkeersManagement een grote rol gaan spelen in het mobiliteitssysteem.

Utrecht maken we samen en dat geldt ook voor de infrastructuur. We zoeken daarom actief de samenwerking met de belanghebbenden zowel rondom de locatie van een project als daarbuiten, zodat in samenspraak maatregelen kunnen worden uitgevoerd.

Openbare Ruimte en Groen
In 2016 hebben wij de lijn van het inlopen van achterstallig onderhoud consequent voortgezet en is de geraamde hoeveelheid achterstand terug gebracht. Dit was mogelijk door het conform het college van B en W akkoord structureel beschikbare bedrag van 1 miljoen euro per jaar en de incidentele impuls van 1,4 miljoen euro bij de voorjaarsnota. En door daarnaast voort te maken met 'Werk met Werk' en dus onderhoud te combineren met werkzaamheden in andere programma’s. Op een deel van de Waterlinieweg, op de Venuslaan, verschillende straten op Kanaleneiland (Trumanlaan, Peltlaan en Bevinlaan) en in Overvecht (Paranadadreef, Moezeldreef en Moldaudreef) is het asfalt wegdek vernieuwd. Bij de klinkerbestrating is onder meer een begin gemaakt met het vernieuwen van het Domplein en omgeving.

De bergingscapaciteit van de riolering hebben wij vergroot met de bouw van twee bergbezinkbassins. Het rioolgemaal nabij de Lange Hagelstraat is in 2016 gerenoveerd en de renovatie van het gemaal aan Kardinaal de Jongweg is gestart. Er is 4,3 kilometer riolering vervangen of gerelined. Waar mogelijk koppelen wij bij nieuwbouwprojecten en vervanging van riolering zo veel mogelijk verhard oppervlak af. In park De groene Kop is extra waterberging gerealiseerd, gecombineerd met natuurvriendelijke oevers. Samen met het Hoogheemraadschap hebben wij maatregelen ter verbetering van de doorstroming genomen in het Vechtzoompark en de Oudenrijnsingel. In 2016 is één hectare (niet functioneel) verhard oppervlak vergroend.

In de inwonersenquête hebben de bewoners de manier waarop wij de openbare ruimte onderhouden gewaardeerd met een 6,5 (doelstelling is 6). Naast de bewonersenquête wordt de openbare ruimte periodiek extern geschouwd of deze onderhoudsnorm wordt gehaald. De norm voor het schoon houden is: niet meer dan 10% van de gemeten punten scoort lager dan een zes. Stadsbreed bleven we binnen deze norm. De doelstelling om in de binnenstad niet meer dan 10% van de gemeten punten lager dan een zeven te laten scoren, werd niet gehaald. De stijgende lijn van de afgelopen jaren zet zich nog wel voort: 13,9% van de gemeten punten scoorde lager dan een zeven. In 2015 was dit 15 %. De norm voor het groenonderhoud is in alle wijken gehaald. De lijn van het samenwerken met en ondersteunen van zelfbeheer hebben wij gecontinueerd. Bij de uitvoering van het meerjarengroenprogramma hebben wij initiatieven van inwoners en ondernemers zo veel mogelijk ondersteund. De wijkgroenplannen hebben geresulteerd in veel extra groen in de directe woonomgeving en draagvlak en betrokkenheid bij bewoners. Met het onderdeel Groene Web dragen we bij aan de verbetering van stadsnatuur door het realiseren van een ecologisch netwerk en het opheffen van knelpunten voor planten en dieren. Naast het groen in de stad zorgen wij als deelnemer in de twee recreatieschappen rondom Utrecht voor een groot aanbod aan recreatief groen.

Ook in 2016 zijn verschillende wijken aangesloten op Het Nieuwe Inzamelen. De doelstelling om 51% van de laagbouwaansluitingen van dit systeem te voorzien is gehaald, namelijk 53%. Het percentage dat gebruik maakt van zakkeninzameling is verder gedaald naar 23%, waarmee de doelstelling van 29% in 2016 ruimschoots is gehaald. Inwoners leverden 240 kg restafval in. Dat is 5 kg per inwoner lager dan het voor 2016 gesteld doel. De inwonerstevredenheid over de inzameling bedroeg in 2016 een 6,5, dus lager dan de beoogde 7. Wij hebben verbetermaatregelen genomen met het oogmerk de dienstverlening te verbeteren.

Met de Dierenbescherming is een contract afgesloten voor de dierenwelzijnstaken dierenopvang- en vervoer waarmee wordt ingezet op het terugdringen van het aantal zwerdieren in de stad. Met de Algemene Utrechtse Hengelaarsvereniging is een nieuw contract voor het verhuren van de visrechten afgesloten.

Economie
De economie en werkgelegenheid van Utrecht groeiden in 2016 weer. We hebben deze groei onder andere gestimuleerd met subsidie vanuit het Lokaal Economisch Fonds (LEF) en (internationale) acquisitie. Dit levert meer dan 1.300 FTE op.

Voor de Utrechtse economie is het belangrijk dat het vestigingsklimaat op orde is, zowel voor (inter)nationale bedrijven als bedrijven die zich richten op de Utrechtse markt. Zo hebben we met onze partners in Startup Utrecht gewerkt aan een verbetering van het ecosysteem voor startups en scaleups.  Ook hebben we economische missies georganiseerd naar Taiwan en Frankrijk en hebben we anderzijds bijgedragen aan het expatcenter. Samen met ondernemersverenigingen hebben we bijgedragen aan de toekomstbestendigheid van werklocaties als Lage Weide en Overvecht.  

Een aantrekkende (wereld)economie kan ook zorgen voor meer toeristen en bezoekers naar Utrecht. De nieuwe Utrecht Marketing-organisatie zorgt dat Utrecht beter bekend wordt bij de buitenlandse bezoekers. De komst van meer toeristen en bezoekers levert ook meer werkgelegenheid op. Samen met Centrum Management Utrecht en andere partners zetten we ons in voor een vitale Binnenstad met eigentijdse horeca en een nieuw opgezette markt Vredenburg. Samen met ondernemers- en bewoners(verenigingen) werken we aan een nieuw horecakader.

Om te zorgen dat Utrecht ook in de toekomst economisch gezond is, zetten we ook in op de werkgelegenheid en bedrijvigheid van de toekomst. Dit deden we onder andere door het uitvoeren via onze activiteiten in het kader van smart city, en faciliteren van creatieve broedplaatsen als Cartesius Hof.

Werk en Inkomen
De opgave van de Participatiewet is om mensen, ook degenen met een arbeidshandicap, te laten werken naar vermogen. De verbetering van de economie heeft er nog niet in de volle breedte toe geleid dat er meer mensen uitstromen uit de uitkering. In het afgelopen jaar zijn er 1.004 mensen uitgestroomd uit de uitkering naar werk. Om de kansen op uitstroom naar werk te vergroten is in 2016 het project 'Mooi Matchen' gestart. Doel van dit project is het werkaanbod (onder andere vacatures, werkervaringsplaatsen, BBL-trajecten) en het kandidatenaanbod efficiënter op elkaar te laten aansluiten met als resultaat meer plaatsingen op werk.

In 2016 is er ook een professionaliseringsslag gemaakt in de samenwerking met sociaal ondernemers. De pilots en Social Impact Bonds die in de voorgaande jaren zijn gestart, zijn in 2016 doorontwikkeld van concretere werkafspraken tot het verbeteren van verdienmodellen. Met deze innovatieve manier van samenwerking hebben we de arbeidsparticipatie van Utrechters met een afstand tot de arbeidsmarkt vergroot op een ondernemende manier. De stijging van het aantal bijstandsgerechtigden is per saldo iets hoger dan werd verwacht eind 2016. De instroom van het aantal bijstandsgerechtigden is in het eerste en laatste kwartaal lager dan de prognose, maar is in het tweede en derde kwartaal hoger dan de prognose als gevolg van de instroom van statushouders. Utrecht sluit het jaar af met 10.110 bijstandsgerechtigden. Dat komt dicht bij de prognose van 10.100. De focus lag dit jaar op het flexibeler en doeltreffender omgaan met het verstrekken van financiële regelingen en toepassen van bijvoorbeeld de kostendelersnorm. We hebben het zoeken van passende oplossingen bij de vraag die wordt gesteld, gestimuleerd. Ook de digitale dienstverlening is verder vormgegeven en geoptimaliseerd. Daarnaast zijn we, waar mogelijk, flexibel met regelgeving ter stimulatie van het aanvaarden van (deeltijd) werk geweest.

In 2016 hebben we uitvoering gegeven aan de vernieuwing armoedeaanpak. Hierbij is meer focus komen te liggen op het vroegtijdig signaleren en voorkomen van armoede en schulden. Eén van de succesfactoren, de preventieve begeleiding, wordt voortgezet en uitgebreid naar andere levensgebeurtenissen. 

Onderwijs
Onderwijs is de drijvende kracht achter de ontwikkeling en ontplooiing van ieder mens. Elke leerling verdient onderwijs dat stimuleert zijn of haar talenten maximaal te ontwikkelen en te benutten. We hebben in het kader van de Utrechtse Onderwijs Agenda, samengewerkt met de besturen van onze (onderwijs)partners in de stad.

In 2016 is opnieuw het bestuursakkoord met betrekking tot het jonge kind met een jaar verlengd. Ook is er op initiatief van gemeente Utrecht een regionale samenwerking tot stand gebracht wat betreft de Internationale Schakel Klassen (ISK).

Kwaliteit van onderwijs is één van de belangrijkste voorwaarden voor kansengelijkheid. In de Utrechtse aanpak is naast kwaliteit, evenals voorgaande jaren, gewerkt aan voor-en vroegschoolse educatie en onderwijsachterstandenbeleid, talentontwikkeling, goede overgangen, brede scholengemeenschappen, ouderbetrokkenheid en ouderverantwoordelijkheid. Er is een lokale alliantie gevormd met PO, VO besturen en de Universiteit. Samen met de gemeente zullen zij nader onderzoek doen naar onderwijskansen van kinderen in Utrecht. Op basis van die analyse bekijken schoolbesturen en gemeente samen wat verder gedaan kan worden in het kader van gelijke in onderwijskansen voor Utrechtse kinderen.

Er is gewerkt aan de nadere invulling van onderwijshuisvesting in het kader van de groei van de stad. Onderdeel van deze invulling voor VO is een nieuwe brede scholengemeenschap in Leidsche Rijn, waarvoor planvorming in 2017 wordt gestart. Dit past in het gemeentelijk streven naar meer brede scholengemeenschappen, met het oog op meer gelijke onderwijskansen.

Maatschappelijke Ondersteuning
Utrecht wil een vitale en gezonde stad zijn waar het fijn is om te leven, inwoners hun talenten kunnen ontwikkelen en iedereen mee kan doen, ongeacht opleidingsniveau, herkomst, geaardheid, geloofsovertuiging of beperking. Inwoners voelen zich betrokken bij elkaar en zetten zich actief in voor een levendige een leefbare buurt. We investeren in een nog betere toegankelijkheid van de voorzieningen en het voorkomen van uitsluiting. Extra focus ligt op de opvang en integratie van nieuwkomers.

In de Wmo staat de eigen kracht en meedoen centraal. Utrechters worden gestimuleerd zich in te zetten voor elkaar en voor hun stad. De leefwereld van bewoners staat centraal bij de verdere ontwikkeling van zorg en ondersteuning voor de Utrechters die dat nodig hebben. Bewonersinitiatieven hebben een belangrijke rol bij het versterken van de eigen kracht en zijn een manier waarop ‘sterke’ bewoners kwetsbare buurtgenoten kunnen helpen.

Dat Utrecht hierin op de goede weg is, wordt bevestigd in het rapport ‘Een positief verhaal’, dat een visitatiecommissie onder leiding van Hans Simons heeft uitgebracht. In deze eerste visitatieronde heeft de commissie zich gericht op de samenwerking tussen de gemeente en de buurtteamorganisaties. De aanbevelingen van de commissie zijn opgenomen in de ontwikkelopgaven voor de komende jaren.

Er is veel aandacht besteed aan de verbetering van de Hulp bij het Huishouden (HbH). Om meer ruimte te bieden voor sociaal contact tussen hulp en klant en het maken van eigen keuzes door klant en professional, is bij de voorjaarsnota besloten het aantal normuren te verhogen. Vervolgens zijn het beleid en de dienstverlening rond HbH en overige individuele Wmo-voorzieningen verder aangepast. Dit- mede naar aanleiding van signalen uit de praktijk van cliënten en professionals, onderzoek door de rekenkamer en besprekingen in de raad.

Verder zijn er wachtlijsten Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen teruggedrongen, een proces dat nog steeds loopt. Er zijn extra plekken gerealiseerd, er is een centrale wachtlijst ingericht en er is meer inzicht in de achterliggende problematiek van de cliënten.

In maart heeft Utrecht met vier andere gemeenten en een aantal ministeries de Citydeal Inclusieve Stad gesloten. Hieruit zijn aanbevelingen gekomen voor het oplossen van knelpunten in concrete situaties waarbij de systeemwereld het daadwerkelijk leveren van maatwerk in huishoudens met meerdere problemen in de weg staat. Ook heeft deze Citydeal geleid tot de afspraak dat elke deelnemende gemeente ervaring gaat opdoen in één ‘regelarme’ wijk-, in Utrecht in Ondiep/Pijlssweerd.

Onder de noemer ‘Utrecht zijn we samen’ zetten we in op verbinding tussen inwoners met respect voor verschillen. Hiermee kunnen we ongewenst gedrag, polarisatie en eventuele radicalisering (helpen) voorkomen. In 2016 hebben we samen met maatschappelijke partners de Utrechtse Antidiscriminatie Agenda ‘Wel verschillend, niet apart!’ ontwikkeld en zijn we gestart met de uitvoering hiervan.

Jeugd
2016 was het jaar waarin de focus van de zorg voor jeugd verder verschoof van een soepele overgang en gegarandeerde zorgcontinuïteit naar de transformatie van de zorg voor jeugd. Er is inhoudelijk verder gebouwd op de uitgangspunten en leidende principes die centraal staan in de decentralisatie. We werkten ook het afgelopen jaar aan een hoogwaardige zorg voor jeugd die dichtbij beschikbaar is, waarin het gezin (in plaats van het systeem) centraal staat en waarin de professional voldoende handelingsruimte krijgt. De Buurtteams spelen hierbij, als spil in de zorg, een belangrijke rol.

Het afgelopen jaar werd zowel ‘aan de voorkant’ in het gewoon opgroeien als aan ‘de achterkant’ in de aanvullende zorg geïnvesteerd in nieuwe initiatieven. Dit leidde in het ontwikkelspoor van het gewoon opgroeien tot een pilot in de kinderdagopvang en buitenschoolse opvang, waarbij kinderen met een (lichte) beperking of gedragsstoornis opgevangen kunnen worden in de reguliere opvang in plaats van in een speciale setting buiten de eigen buurt en school. In de aanvullende zorg is in nauwe samenwerking met huisartsen gezocht naar manieren om de consultatie en triage bij verwijzingen naar de aanvullende zorg verder te verbeteren. Verder zijn met huisartsen en enkele aanbieders van specialistische jeugdhulp voorbereidingen getroffen voor het buurtgericht organiseren van specialistische jeugdhulp in een tweetal Utrechtse wijken.

Met de aanbieders én gebruikers van Jeugdhulp met verblijf is een visie ontwikkeld op de toekomstige Utrechtse Jeugdhulp met verblijf waarin kwetsbare kinderen en jongeren zo normaal mogelijk kunnen wonen en zoveel mogelijk in hun eigen stad of zelfs buurt kunnen blijven.

Met een netwerk van, voor en door kinderrechtenorganisaties is de beweging rond Utrecht Kinderrechtenstad het afgelopen jaar verder versterkt. Hiervoor zijn onder andere een symposium en ruim twintig activiteiten in de stad georganiseerd.

Tot slot is het afgelopen jaar een visitatiecommissie onder leiding van de heer Hans Simons gevraagd om de rol van de gemeente in het nieuwe Utrechtse zorglandschap voor jeugd te onderzoeken.
De uitkomst daarvan is het visitatierapport ‘Een positief verhaal’ dat de door Utrecht gekozen richting positief beoordeelt en tevens aanbevelingen doet om in 2017 mee verder te gaan.

Volksgezondheid
We zetten ons samen met inwoners, maatschappelijke en private partijen in voor een gezonde groei van de stad waarbij de gezondheidsverschillen die er zijn, kleiner worden. Dit is een opgave waarvan de concrete resultaten pas op langere termijn kunnen worden verwacht. We bouwen aan een gezonde toekomst. Aan een Utrecht waar inwoners gezond en veerkrachtig (kunnen) zijn. We zien gezondheid daarbij als het vermogen om te kunnen omgaan met tegenslagen en om regie te voeren over het eigen leven.

De gezondheid van ongeveer 70.000 Utrechtse kinderen tot achttien jaar is op individueel en collectief niveau gemonitord. Daarnaast is geïnvesteerd in scholing voor Jeugdgezondheidsprofessionals, zodat zij meer vraaggericht en in dialoog met ouders en kinderen kunnen werken. De gemeente heeft 100% van de verplichte inspecties voor kinderopvang en peuterspeelzalen uitgevoerd. Ook is de Volksgezondheidsmonitor (VMU) als actueel kennis- en monitoringinstrument doorontwikkeld tot een samenhangende, dynamische en interactieve monitor die voor iedereen toegankelijk is.

We hebben de samenwerking tussen ouders, opvoeders, vrijwilligers, vrijetijdsvoorzieningen en alle andere basisvoorzieningen voor kinderen versterkt. Voorbeelden zijn de denktank scheidingen in Leidsche Rijn, het sportadvies spreekuur ‘WKZSportief! Advies’ en de organisatie van themabijeenkomsten voor professionals. We continueerden Jongeren Op Gezond Gewicht, haakten aan bij het faciliteren van een rookvrije generatie, evalueerden het handhavingsbeleid alcohol en werkten samen met de Hogeschool Utrecht aan de ontwikkeling van een game voor seksuele gezondheid (HOES). Ook stimuleerden we de gezonde voedselkeuze en versterkten we de maatschappelijke en economische beweging rond gezond, duurzaam en lokaal voedsel. Voorbeelden zijn peutermoestuintjes, sociale restaurants als Gys en Colour Kitchen, voedseltuinen, de uitreiking van de Food Awards en de Oogstweek Utrechtse Oogst. Verder hebben we verkend waar gedragsinzichten van toegevoegde waarde kunnen zijn voor het verbeteren van de gezondheid, zoals de aanpak om gezondere traktaties te stimuleren op vier basisscholen in Kanaleneiland. En in het najaar openden we, samen met de Universiteit Utrecht en stichting Nieuw Welgelegen, het Living Lab Nieuw Welgelegen. Daarnaast hebben we in 2016 extra geïnvesteerd in de inbreng van gezondheidsexpertise bij de verdere ontwikkeling van een gezonde leefomgeving. Landelijk hebben we gezondheidsexpertise ingebracht bij de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam (IABR) en het Manifest 2040. Ook zijn wij lid geworden van het WHO netwerk Healthy cities’ waarmee wij een internationaal platform hebben om onze aanpak op gezond stedelijk leven verder te ontwikkelen.

Veiligheid
2016 was het tweede jaar dat het programma veiligheid werd uitgevoerd op basis van het Integraal Veiligheidsplan 2015-2018 (IVP). Daarin heeft de gemeenteraad de doelen, uitgangspunten, resultaten en inspanningen op het gebied van veiligheid vastgesteld.

Mede door de betrokkenheid van veiligheidsprofessionals, bewoners, ondernemers, instellingen en organisaties geven de criminaliteitscijfers jaar na jaar een steeds positiever beeld. Dat geldt niet voor het veiligheidsgevoel. Gevoel van veiligheid (of onveiligheid) heeft te maken met veel factoren waarvan een aantal zichtbaar zijn in onze samenleving.

De afgelopen jaren hebben we vooral gestuurd op de aanpak van criminaliteit op basis van criminaliteitscijfers en meldingen, met als prioriteiten de High Impact Crimes en Jeugdoverlast en
–criminaliteit. Deze cijfers laten slechts een deel van de situatie zien. We krijgen steeds meer zicht op de tot nu toe grotendeels onzichtbare criminele activiteiten en onderliggende structuren die onze samenleving ondermijnen. Bij de aanpak daarvan wordt onder meer gekeken naar het informatiegestuurd toepassen van bestuurs-, straf- en fiscaal recht en het gericht inzetten van toezicht en handhaving.

Al deze ontwikkelingen hebben grote invloed op lokaal niveau, zowel op de feitelijke als op de ervaren veiligheid. We zien een toename van spanningen in de wijken (bijvoorbeeld rond de jaarwisseling en ramadan, maar ook vele incidenten) een toename van demonstraties met een controversieel karakter, een toename van dreigingen op nationaal en lokaal niveau en we zien dat achter veel geweldsincidenten een systeem, netwerk of structuur van criminele ondermijnende activiteiten schuil gaat.

Cultuur
In 2016 heeft de aanvraagprocedure voor de Cultuurnota 2017-2020 plaatsgevonden. Een adviescommissie onder leiding van Saskia van Dockum heeft in mei 2016 haar advies over de aanvragen aan ons uitgebracht. Op basis daarvan is de Nota Subsidievoorstellen (met een subsidieverdeelbesluit voor de komende jaren) bij de behandeling van de Programmabegroting in de gemeenteraad vastgesteld. Er is besloten om de komende Cultuurnotaperiode meerjarig 63 instellingen te subsidiëren. Dit zijn naast de 54 Cultuurnota-instellingen, ook instellingen die het culturele vastgoed beheren zoals stichting Werkruimte Kunstenaars. Daarnaast worden vijf instellingen incidenteel gesubsidieerd in 2017 en is aan één instelling een twee jarige subsidie voor 2017-2018 toegekend. Ten opzichte van vorige periode zijn er negen nieuwe toetreders tot de Cultuurnota.

Met het Raadsbesluit van juni 2016 op basis van het adviesrapport van de commissie Gehrels heeft TivoliVredenburg een stevige financiële basis gekregen voor verdere groei en ontwikkeling in de cultuurnotaperiode 2017-2020. Met een brede en kwalitatief hoogstaande programmering trok het unieke muziekgebouw in 2016 ruim 920.000 bezoekers. Het gebouw functioneert als veelzijdige thuisbasis voor grote festivals als Oude Muziek, Le Guess Who? en Internationaal Kamermuziek Festival Utrecht en is  (co-)producent van bijzondere evenementen als Catching Cultures Festival, met muzikanten uit asielzoekerscentra, en het Betweter Festival gericht op de verbinding van kennis en cultuur.

Kunst in het Stationsgebied resulteerde in 2016 in Public Works: zes kunstenaars(duo’s) presenteerden een groot(s) nieuw kunstwerk midden in de dynamiek en hectiek van het Stationsgebied. Zij wierpen daarmee een nieuw licht op de openbare ruimte en ons gebruik ervan. De kunstprojecten trokken nationaal en internationaal de aandacht.

Stichting Cultuurpromotie Utrecht is per 1 januari 2017 onder leiding van de nieuwe directeur samen gegaan met Toerisme Utrecht in Utrecht Marketing. Door de Taskforce Utrecht Marketing, bestaand uit vertegenwoordigers van belangrijke stakeholders in de stad is gewerkt aan een ambitiedocument dat het uitgangspunt van deze nieuwe organisatie is. De bestaande activiteiten, zoals Culturele Zondagen, gericht op bewoners en bezoekersmarketing worden op minstens hetzelfde niveau voortgezet en daar worden nieuwe taken (onder andere gemeentelijke taken die worden overgedragen) en de doelgroepen bedrijven en talent aan toegevoegd.

In 2016 heeft een zomerprogramma met een veelheid aan verschillend type activiteiten plaatsgevonden op en rondom het Berlijnplein in Leidsche Rijn. Via programmering werken we toe naar placemaking en het creëren van een eigen identiteit voor het gebied. Daarnaast is er een programmaregisseur aangesteld om een inhoudelijke programmastrategie voor de komende jaren op te stellen. Dit alles doen we in aanloop naar een gebouwde culturele voorziening in Leidsche Rijn Centrum.

Sport
In 2016 is een nieuwe Sportnota vastgesteld. Deze sportnota bouwt voort op de visie sport die in 2015 samen met de partners in de stad is ontwikkeld. Utrecht was met het Spoorwegmuseum gaststad voor het Tata Steel Chess Tournament met deelname van de beste schakers ter wereld. Tevens was Utrecht gaststad van de Nationale Sportweek. Een groot aantal Utrechtse sporters deed mee aan de Olympische spelen in Rio de Janeiro. Vier van hen kwamen thuis met medailles. Als legacy van de Grand Départ van de Tour de France is het eerste Festival du Vélo georganiseerd. We blijven inzetten op het efficiënt gebruik van de sportaccommodaties om zoveel mogelijk Utrechters te kunnen laten sporten met de beschikbare capaciteit. Het college van B en W legt het nieuwe tarievenbeleid sportaccommodaties in mei 2017 ter besluitvorming voor aan de gemeenteraad.

Vastgoed
In het programma Vastgoed worden de financiën van het vastgoed weergegeven, sommige vastgoedobjecten worden in andere programma's verantwoord zoals sport, onderwijs en de exploitatie van welzijn. Het totale overzicht van al het vastgoed wordt jaarlijks in het Meerjaren Perspectief Utrechts vastgoed (MPUV) bij de Voorjaarsnota gepresenteerd.

Samen met onze partners faciliteren we een optimale bezetting van goede, betaalbare en evenwichtig over de stad verspreide accommodaties voor maatschappelijke functies. Hiervoor maken we onder meer gebruik van zowel het Vastgoedloket als het Makelpunt. Het vastgoedloket verzorgt gebruik van de gemeentelijke sport- en welzijn accommodaties. Het Makelpunt bemiddelt bij vraag en aanbod van ruimtes voor maatschappelijke activiteiten in de stad Utrecht. De doelstelling om in 2016, 200 geslaagde geregistreerde matches te maken is behaald met 212 matches. Door de samenwerking en verbinding van activiteiten tussen aanbieder en vrager is op veel plekken een prachtige (inhoudelijke) meerwaarde voor de wijk ontstaan.

Door middel van klanttevredenheidsonderzoeken meten we de tevredenheid van de gebruikers van de gemeentelijke sport en welzijn accommodaties in eigendom en exploitatie bij de gemeente. Naast deze twee jarige klanttevredenheidsonderzoeken experimenteren we met een klantbelevingsdashboard, waarin de tevredenheidsresultaten per accommodatie staan, maar ook per doelgroep.