Vernieuwend welzijn
De afgelopen 2,5 jaar, sinds de invoering van Vernieuwend Welzijn in augustus 2013, hebben de sociaal makelorganisaties netwerken opgebouwd, contacten gelegd met bewoners en nieuwe samenwerkingsverbanden opgestart. Dit begint goed vorm te krijgen, maar is ook nog sterk in ontwikkeling. De sociaal makelorganisaties hebben in 2016 onder andere gewerkt aan de aanbevelingen uit de tussentijdse evaluatie uit 2015, zoals het vergroten van de zichtbaarheid en het bieden van continuïteit in de buurtcentra. Zo hebben de sociaal makelorganisaties onder andere de succesvolle conferentie ‘Hedendaags verbinden in de Utrechtse wijken’ georganiseerd waarmee het vak sociaal makelaarschap meer bekendheid heeft gekregen en verder is ontwikkeld. Er is ook extra aandacht geweest voor een goede samenwerking met de partners in de sociale basis zoals de Buurtteams en JoU. Wij hebben besloten om de nieuwe subsidieperiode voor het sociaal makelaarschap een jaar uit te stellen, tot 1 januari 2019. Een jaar verlenging geeft de huidige sociaal makelorganisaties en hun samenwerkingspartners meer tijd en ruimte om hun taken in samenhang nog beter vorm te geven en de vruchten te plukken uit de succesvolle contacten met bewoners. Inhoudelijk vormen de aanbevelingen van de visitatie Simons mede het vertrekpunt voor de nieuwe subsidieperiode sociaal makelaarschap.

Welzijnsaccommodaties
In de 25 welzijnsaccommodaties is in 2015 een kwaliteitsslag gemaakt. Deze kwaliteitsslag is in 2016 voortgezet. Zo zijn in vele buurtcentra 'driehoeksoverleggen' ontstaan met gebruikers, sociaal beheerders en UVO. In deze overleggen worden het beheer en de activiteiten van het buurtcentrum en de gezamenlijke communicatie besproken. Ook is, aanvullend op het regulier kleinschalig onderhoud en vervanging van het meubilair, geïnvesteerd in de buurtcentra De Dreef, BuurThuis en Hof ’t Spoor. In 2015 en 2016 zijn in vele buurtcentra samen met gebruikers huiskamers gerealiseerd. Dit zijn ruimten die vrij toegankelijk zijn voor ontmoeting. In enkele huiskamers vindt ook dagbesteding voor ouderen plaats. De ervaring laat zien dat de ontmoetingsfunctie en dagbesteding elkaar versterken qua gebruik, levendigheid, saamhorigheid, bekendheid en toegankelijkheid van het buurtcentrum.

In juni 2016 hebben wij de notitie 'Maatschappelijk Initiatief Onderdak, in buurtcentra voor de toekomst' vastgesteld. We beschrijven hierin per wijk waar ruimte is voor bewonersinitiatief. Deze ruimte kan geboden worden in buurtcentra in gemeentelijk beheer, buurthuizen in zelfbeheer en op locaties van derden zoals sportkantines, zorginstellingen, scholen, kerken et cetera. Deze laatste 'schil' van accommodaties heeft in eerste instantie een andere functie maar stelt (delen) van de ruimte beschikbaar voor bewonersinitiatieven.

In december hebben wij verder besloten tot een tijdelijke subsidieregeling om maatschappelijke accommodaties van derden zoals sportkantines, scoutinggebouwen, woon-zorgcomplexen geschikt te maken voor bewonersactiviteiten. Zo willen we dat er naast buurtcentra ook andere accommodaties beschikbaar komen voor bewonersactiviteiten. Gelijktijdig hebben we ook een subsidieregeling vastgesteld om de driehoeksoverleggen in de buurtcentra te faciliteren met een jaarlijkse subsidie van 2.500 euro om te besteden aan communicatiemiddelen, leestafel, keukenmaterialen, televisie et cetera.      

In de stad ontstaan steeds meer zelfbeheerinitiatieven om het beheer van accommodaties van de gemeente over te nemen. Onze rol is om deze initiatieven inhoudelijk te faciliteren en stap voor stap het zelfbeheer te begeleiden naar steeds meer financiële onafhankelijkheid. Om de zelfbeheerinitiatieven van welzijnsvoorzieningen inhoudelijk te verbeteren, hebben wij in 2016 een onderzoek gestart naar de behoefte van ondersteuning en advisering via het ondersteunend netwerk zelfbeheer. De ervaring van zelfbeheer leert dat de initiatieven andere gesubsidieerde diensten en activiteiten aanbieden én er een ondergrens is aan de subsidieonafhankelijkheid van initiatieven. Voor enkele initiatieven geldt dat de gemeente voor specifieke situaties een langdurige financiële basis faciliteert.

Vrijwillige inzet
Utrecht is een actieve stad met een florerende civil society en betrokken inwoners. Net als voorgaande jaren was onze inzet vorig jaar gericht op het makelen, binden, promoten, versterken, ondersteunen en waarderen van vrijwillige inzet. Tevens is aandacht besteed aan het verbeteren van de randvoorwaarden voor de vrijwillige inzet het goede vrijwilligersklimaat te behouden en te verbeteren.

Naast het verrichten van vrijwilligerswerk blijkt ook uit de toename van de kwantiteit als kwaliteit van (bewoners)initiatieven in de stad dat Utrechters sterk betrokken zijn bij hun omgeving. Samen met maatschappelijke initiatieven experimenteren we met nieuwe (financiële) instrumenten als het Bewonersbod (voorheen right to challenge) en het in september 2016 gelanceerde crowd-fundingsplatform Voor je Stadsie. Voor je Stadsie is hét crowdfunding en -sourcingplatform voor lokale initiatieven in de stad Utrecht. Via Voor je Stadsie kun je als initiatiefnemer donaties (crowdfunding) en kennis, hulp en materiaal (crowdsourcing) werven.

We zijn gestart met het traject vernieuwing informele zorg in co-creatie met de stad. Doel is de samen met vrijwilligers (organisaties) in de stad de informele zorg te versterken. Uitkomsten van de pilots buurtnetwerken zijn onder andere input voor de vernieuwing. Uitkomst van dit traject heeft mogelijk vanaf 2019 effect op de subsidies die we verstrekken aan informele zorg partijen.

Mantelzorg

Met mantelzorgers en (zorg)organisaties in de stad werken wij aan een goede ondersteuningsstructuur waardoor mantelzorgers zich gewaardeerd en gesteund voelen en de zorg voor hun naaste langer vol kunnen houden. Met extra middelen voor mantelzorgondersteuning is ingezet op het aanjagen van innovaties in het aanbod en het stimuleren van de partners in de stad om meer oog te hebben voor mantelzorgers, tijdig signaleren waar het mis dreigt te gaan en voldoende ondersteuning op maat te bieden en daarom heeft mantelzorg een prominente plek in de Stedelijke Agenda Ouderen. We hebben via een citychallenge (prijsvraag via internet) uitgeschreven onder de titel ‘take a break voor mantelzorgers’ en is er met zorgverzekeraar en CIZ gewerkt aan betere organisatie en bereikbaarheid van tijdelijk verblijf of respijtzorg, zoals logeeropvang.

Agenda 22

In 2016 is de Utrecht Standaard Toegankelijk voor gebouwen in samenwerking met de SOLGU ontwikkeld. In verschillende programma’s en documenten is de Toegankelijkheid verankerd: in de Algemene Subsidieverordening is de verplichting opgenomen er voor te zorgen dat alle activiteiten toegankelijk zijn voor iedereen, in de Ketenaanpak Openbare Ruimte, in de structuurvisie voor Stationsgebied 2e fase en in het voetgangersprogramma. Als stimulans is in 2016 voor de tweede keer de Toegankelijkheidsprijs toegekend en dit jaar aan de stichting Appeltaartenconcerten.

Diversiteit en LHBT

In 2016 hebben we in co-creatie met maatschappelijke partners de Utrechtse Antidiscriminatie Agenda ‘Wel verschillend, niet apart!’ ontwikkeld en zijn we gestart met de uitvoering hiervan. Vanuit de Regenboogagenda zijn in 2016 verschillende activiteiten uitgevoerd. Zo is in juni een Transgenderplein georganiseerd, zijn we gestart met Veilige Haven en is eind 2016 de eindconferentie ‘Jezelf kunnen zijn’ gehouden. Verder hebben we een genderneutraal stoplicht geplaatst en is een begin gemaakt om de gemeentelijke organisatie te voorzien van gender neutrale toiletten.

Utrecht zijn we samen
Het actieplan Utrecht Zijn We Samen (UZWS) is in 2015 opgestart en in 2016 gecontinueerd. Het actieplan is opgebouwd uit de pijlers gerichte preventie, signalering, hulpverlening en repressie. Het omvat een breed scala aan activiteiten om polarisatie en radicalisering te voorkomen en te bestrijden. Het merendeel van de activiteiten is bekostigd uit rijksmiddelen, de zogenaamde versterkingsgelden 2016 die zijn toegekend door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) en voortvloeien uit het landelijke actieprogramma ‘Integrale aanpak Jihadisme’. Met onder andere de organisatie van dialoogbijeenkomsten voor jongeren, uitbreiding van het jongerenwerk, de aanstelling van een cultuur-sensitieve jobhunter, trainingen Multicultureel vakmanschap en Radicalisering voor onder andere frontlinewerkers en een (landelijk) congres ‘Utrecht zijn we Samen’, is in 2016 invulling gegeven aan de uitvoering van het actieplan UZWS. In oktober hebben we op initiatief van de Universiteit Utrecht en de daaraan verbonden hoogleraren Beatrice de Graaf en Micha de Winter een Taskforce UZWS opgericht voor een periode van vier jaar. De Taskforce zal ons gevraagd en ongevraagd adviseren over de aanpak van polarisatie en radicalisering. Voor de periode oktober 2016 – december 2017 is onderwijs het focusgebied van de Taskforce.

Ouderen en eenzaamheid

Ook voor ouderen geldt dat gewoon mee kunnen doen de basis is. In de tweede helft 2016 is hier mede op verzoek van de Raad een aantal extra impulsen op gegeven. Zo is bijvoorbeeld de proeftuin Digitale buddies gestart. Hierin zijn 20 ouderen samen met ROC-studenten aan de slag om met behulp van de internet en andere digitale toepassingen hun levensverhaal in kaart te brengen. Ook is besloten deel te nemen aan het landelijke programma Age Friendly Cultural Cities 2017-2018 (AFCC) vanuit het doel cultuurparticipatie te vergroten onder groepen die dat niet als vanzelfsprekend doen, het benutten van cultuur als middel om te verbinden en te zorgen voor nieuwe ontmoetingen en het zoveel mogelijk beleggen van het eigenaarschap bij deelnemers zelf. Vanuit alle sporen vindt inzet plaats om sociaal isolement terug te dringen. Samen in de Stad, dat zich richt op versterken van het netwerken van ouderen, is uitgebreid waardoor deze aanpak nagenoeg stadsdekkend is geworden. Door de extra inzet van de buurtteams om meer ouderen te bereiken draagt ook bij in het terugdringen van eenzaamheid onder ouderen.

Sociale prestatie en dagondersteuning
Door deel te nemen aan sociale prestatie of dagondersteuning, een nieuwe vorm van laagdrempelig groepsaanbod, kunnen kwetsbare mensen een hun dag zinvol invullen. Het geeft hen de mogelijkheid anderen te ontmoeten, iets te leren en iets te doen. Er is sprake van een groeiend aantal deelnemers aan activiteiten in het kader van de Sociale Prestatie en dagondersteuning. Een evenwicht tussen vraag en aanbod is echter nog niet bereikt. Er zijn gesprekken gevoerd in de wijken en met de buurtteams om de vraag scherper te krijgen en witte vlekken te signaleren. Dit is meegenomen ten behoeve van de subsidietoekenning 2017 en is er extra ingezet op buurten waar te weinig aanbod was en op aanbod specifiek voor mensen met een (licht) verstandelijke beperking en ouderen. Ook is door veel organisaties aangegeven dat met meer individuele ondersteuning, sommige deelnemers kunnen doorstromen naar een vrijwel zelfstandig bestaan als vrijwilliger. Die individuele ondersteuning is nu mogelijk gemaakt binnen de sociale prestatie door aanpassing van de beleidsregel. Verder is in gesprekken ook gebleken dat het samenwerken en afstemmen in de wijk met alle betrokken partijen nog de nodige aandacht vraagt.

(Digi)tale vaardigheden
In het kader van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB) is er met veertien gemeenten in de arbeidsmarktregio een regionaal plan voor 2016 en 2017 opgesteld. Er zijn in het kader van dit plan regionale afspraken gemaakt met Taal+ en ROC MN. In vier wijken in Utrecht is een (digi)Taalhuis in de bibliotheek gevestigd. In de Taalhuizen wordt er naar gestreefd om in het klantcontact zowel naar problemen met de digitale – als taalvaardigheden te kijken. Met Digiwijs hebben wij afspraken gemaakt gericht op het verhogen van de digitale vaardigheden. Hiervoor werven zij vrijwilligers, organiseren themabijeenkomsten met buurtteams, bibliotheken en inlopen, en is er op hun verzoek een impuls gegeven aan beheer en onderhoud van verschillende oefencomputers in de wijken. Er is een digitale leermodule www.Uabc.nl ontwikkeld met medewerking van onder andere. de belastingdienst, UWV en SVB. Deze wordt sinds het najaar gebruikt bij (trainings)bijeenkomsten voor bewoners in bibliotheken, buurtteams en buurthuizen.

Achttien Buurtteams Sociaal bieden alle inwoners van de stad sociale basiszorg, generalistische en dichtbij. Een groeiend aantal bewoners weten op eigen initiatief of op verwijzing de buurtteams goed te vinden en geven gemiddeld een 7,8 voor de ondersteuning die het Buurtteam hen biedt. De generalistische werkwijze binnen de Buurtteams is verder bestendigd en tegelijkertijd wordt er vernieuwd op verschillende ontwikkelthema’s. Zo is er in het eerste half jaar 2016 een preventieve aanpak ontwikkeld rond schulden en armoede en is in september de toegang tot schulddienstverlening verlegd van Werk en Inkomen naar buurtteams, zodat bij schuldenproblematiek sneller en met minder overdrachtsmoment ondersteuning wordt ingezet. Vanaf oktober voeren buurtteams in samenwerking met medewerkers van Werk & Inkomen (WMO-loket) ook het brede gesprek als toegang tot hulp bij huishouding uit. Daarnaast was het vergroten van het bereik van ouderen die langer thuis blijven wonen een speerpunt. Daarbij richten de activiteiten zich op het vergroten van de bekendheid van de buurtteams bij ouderen, het versterken van de samenwerking met organisaties die de sociale netwerken voor ouderen in de wijk, zoals Samen in de Stad, en op vroegsignalering door samenwerkingsafspraken in de driehoek buurtteam – huisarts en wijkverpleegkundige. In zes buurten is gewerkt aan het vergroten van het bereik onder kwetsbare (migrante) ouderen door te investeren in samenwerking met netwerkpartners, gesprekken met de doelgroep en verbetering van het ondersteuningsaanbod vanuit de buurtteams. Vanuit de buurtteams Overvecht Centrum en Lunetten is bijgedragen aan de opzet van de pilots GGZ-teams in de wijk (EPA) en zijn medewerkers extra geschoold op het terrein van GGZ en verslavingsproblematiek.

In 2016, het tweede jaar van de nieuwe wet WMO, is op basis van ervaringen en gesprekken met cliënten, professionals en andere stakeholders verder gebouwd aan het Utrechts model voor zorg en ondersteuning in de stad. Belangrijke thema’s hierbij waren de cliëntregie, samenhang en samenwerking tussen de verschillende vormen van ondersteuning en de aansluiting van het aanbod op de vraag van de inwoners en daarbij streven dat de geboden hulp en ondersteuning (uiteindelijk) zo licht mogelijk is.

Arbeidsmatige activering

In 2016 had Utrecht 25 aanbieders van Arbeidsmatige Activering en dit blijkt vooralsnog ruim voldoende voor het aantal deelnemers. In 2016 zijn er door herbeoordelingen door de Buurtteams circa 100 deelnemers vanuit de Arbeidsmatige Activering doorgestroomd naar de Sociale Prestatie. Het totaal aantal deelnemers aan Arbeidsmatige Activering is per saldo wel toegenomen. Dit komt mede doordat bij deelnemers bekend werd dat voor deze activiteiten geen eigen bijdrage wordt gevraagd en er sprake was van een groeiende instroom vanuit het VSO en PRO onderwijs door verscherpte Wajong-regels. Er is gestart met een nieuwe werkwijze met een combinatie van Sociale prestatie en Arbeidsmatige activering voor deelnemers die naast hun werkzaamheden in de arbeidsmatige activering behoefte hebben aan sociale contacten en andere typen activiteiten die geboden worden vanuit de sociale prestatie. In samenwerking met Werk & Inkomen is de pilot Opmaat uitgevoerd waaraan 27 personen hebben deelgenomen. Hiervan hebben zes deelnemers een reëel perspectief op betaald werk en vijf deelnemers een mogelijk perspectief op betaald werk na verlenging. De Opmaat-voorziening wordt gecontinueerd.

Dagbegeleiding

Op basis van een inventarisatie in de stad naar de behoefte van de ouderen en hun mantelzorgers en het bestaande aanbod aan dagbegeleiding, is een aanbesteding gedaan zodat in de geconstateerde leemtes in de spreiding over de stad en aanbod in het groen en voor migrantenouderen voorzien wordt. Vanuit deze aanbesteding zijn drie nieuwe aanbieders geselecteerd die in 2017 starten.

Ouderen

Een groot aantal partijen is actief in de (informele) zorg en ondersteuning aan ouderen. Met deze partijen en Zilveren Kruis is geconstateerd dat meer bereikt kan worden door gezamenlijke agendavoering en betere afstemming op een concreet aantal doelen waaronder de vroegsignalering, en coördinatie van zorg voor kwetsbare ouderen. Middels een intentieverklaring hebben deze partijen, waaronder de Huisartsen Stad Utrecht, de grootste aanbieders wijkverpleging, de buurtteamorganisatie Sociaal, Cosbo, Adviescommissie Ouderenbeleid en partijen uit de informele zorg, zich gecommitteerd aan een Stedelijk Platform Ouderen Utrecht die werkt aan de realisatie van deze doelen.

Omdat meer kwetsbare ouderen vaak te maken hebben met meerdere zorgwetten werken wij samen met Zilveren Kruis aan de uitvoering van de Stedelijke Agenda Ouderen. Vanuit deze samenwerking is met vijf andere gemeenten het ‘Grensvlakkendocument ouderenzorg’ uitgewerkt. Dit document geeft professionals in de praktijk goede handvatten over hoe om te gaan met ondersteuning die onder verschillende zorgwetten verleend kan worden.

Hulp bij huishouden en overige wmo-voorzieningen
De uitbreiding van het aantal uren voor hulp bij het huishouden is ingezet om een kwalitatieve verbeterslag te realiseren. Hiervoor zijn in 2016 een vijftal samenhangende aanpassingen in het beleid en de uitvoering van Hulp bij het Huishouden en overige Wmo-voorzieningen ingezet:

• Het aantal basisuren HbH is verhoogd naar 105 uur per jaar vanaf 10 oktober 2016.
• De toegang voor hulp bij het huishouden is bij de buurtteams belegd. Zij voeren bij nieuwe en bestaande klanten een breed gesprek thuis.
• De huishoudelijke hulp wordt meer betrokken bij de samenwerkingsdriehoek bestaande uit wijkverpleegkundige, huisarts en buurtteam, zodat zij hun rol nog beter kunnen vervullen.
• Er worden verbeteringen doorgevoerd in de kwaliteit van de dienstverlening en verstrekking van Wmo voorzieningen (zoals communicatie en informatievoorziening, nazorg et cetera).
• De HHT (huishoudelijke hulp toelage) regeling wordt in ieder geval gecontinueerd tot 2019.

Regiotaxi

Transvision, de uitvoerder van de regiotaxi in 2015, heeft eenzijdig de overeenkomst opgezegd en is daarin vervolgens door de rechter in het gelijk gesteld. Dit was de aanleiding om de provincie Utrecht begin 2015 de opdracht te geven een openbare Europese aanbestedingsprocedure uit te schrijven voor het Regiotaxi Utrecht Vervoer in de gemeenten Utrecht en Stichtse Vecht. Op 1 oktober 2016 is na deze aanbesteding de nieuwe vervoerder De Vier Gewesten (DVG) gestart. Zij hebben een zeer slechte start gehad. Dit heeft uiteindelijk geleid tot een formele ingebrekestelling waarin een termijn van 60 dagen is gesteld waarbinnen de ritten volledig conform bestek uitgevoerd dienen te worden. Eind van het jaar was de dienstverlening van DVG conform de gemaakte afspraken.

Hulpmiddelen

De kwaliteit van de dienstverlening van Welzorg, één van de leveranciers van hulpmiddelen is onder de norm gebleken. Na een gele kaart met als consequentie dat er geen leveringsopdrachten meer voor spoedaanvragen werden gegeven, was na drie maanden de dienstverlening nog niet op orde. Daarop volgde een rode kaart met als consequentie dat Welzorg geen nieuwe opdrachten krijgt van de gemeente Utrecht, deze worden aan één van de andere drie leveranciers verstrekt. Bestaande klanten van Welzorg kunnen overstappen naar een andere leverancier. Eind van het jaar bleek Welzorg nog steeds niet in staat verbeteringen door te voeren die zorgen voor de gewenste dienstverlening. Daarom zijn zij begin januari formeel in gebreke gesteld. Met deze formele ingebrekestelling kregen zij tot 1 maart 2017 de tijd om te voldoen aan de eisen in het contract. Als op dat moment nog niet aan de contractuele eisen wordt voldaan, volgt ontbinding en nemen de overige drie leveranciers de klanten over conform het overdrachtsdocument.

Regeling Tegemoetkoming Zorgkosten 2016 (RTZ2016)

Vanwege de afschaffing van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) is de gemeente sinds 2015 verantwoordelijk voor het bieden van financiële compensatie aan mensen met hoge zorgkosten. In dat kader konden inwoners van Utrecht van 1 september tot en met 15 november 2016 een tegemoetkoming van 200 euro voor hoge zorgkosten aanvragen via de RTZ2016. Voorwaarden waren onder meer een maximaal verzamelinkomen van 0,039 miljoen euro en meer dan 200 euro aan noodzakelijke zorgkosten ten gevolge van een chronische ziekte of handicap. In totaal ontvingen 8.112 inwoners de tegemoetkoming. Het merendeel (7.760) kreeg de tegemoetkoming in 2015 ook al via de RTZ2015.

Proeftuinen GGZ in de Wijk (EPA)
In september zijn de proeftuinen in Overvecht en Lunetten van start gegaan. Hierbij werken medewerkers van Altrecht, Lister, Kwintes, Jellinek, WIJ 3.0, Indigo, Tussenvoorziening, Leger des Heils en anderen nauw samen om te komen tot een integrale specialistische zorg voor mensen met een ernstige psychische kwetsbaarheid. Centraal in deze proeftuinen staan:

• Herstel en eigen regie van iemand met (ernstige) psychiatrische problematiek.
• Aandacht voor wat hij of zij zelf belangrijk vindt en definieert als hersteldoelen.
• Het benutten van oplossingen die er zijn in het eigen netwerk en in de eigen omgeving.
• Laagdrempelige integrale specialistische ggz in de wijk die goed aansluit en samen werkt met huisartsen, buurtteams/sociale wijkteams, politie, woningcorporaties en andere ketenpartners.

De eerste ervaringen zijn positief en tegelijk wordt duidelijk hoe lastig het in de praktijk is om vanuit de verschillende culturen en verschillende financieringskaders en regelgeving (WMO/ZVW/WLZ) tot integrale samenwerking te komen. Dat vraagt om beleidsvrijheid en intensieve samenwerking. Hierin worden belangrijke stappen gezet.

Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang
Door inzet op de aanpak van de wachtlijsten voor de opvang en beschermd wonen is er een daling in deze wachtlijst gerealiseerd. Deze aanpak bestaat uit de volgende onderdelen:

• Onderzoek naar de cliënten in de nacht- en crisisopvang en een nadere analyse van de oorzaak, aard en oplossingen van de wachtlijstproblematiek, de behoefte aan specifieke voorzieningen en de randvoorwaarden voor de uitstroom uit de voorzieningen.
• Inrichting centraal wachtlijstbeheer door de ketenpartners en gemeente.
• Vrijmaken innovatiebudget van 1,4 miljoen euro per jaar uit de reguliere budgetten voor beschermd wonen en opvang voor de jaren 2016 tot en met 2018. Hieruit worden achttien projecten gerealiseerd die zich richten op de beweging van zware naar lichtere vormen van begeleiding, met meer inzet van informele zorg, eigen netwerken, ervaringsdeskundigheid en sociale technologie.
• Beschikbaar stellen van extra middelen uit het reguliere centrumgemeente-budget voor Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen voor meer capaciteit en begeleiding. In totaal wordt de capaciteit met ruim 150 extra plekken (ambulant en 24-uursvoorzieningen) uitgebreid, waarbij er voorrang wordt gegeven aan de plaatsing van jongeren en gezinnen.
• Inzet op extra financiële hulpverlening.  Daarnaast werken wij samen met het Leger des Heils en de Tussenvoorziening aan voorstellen om de uitstroom uit de keten van opvang en beschermd wonen mogelijk te maken voor cliënten die nog schulden hebben.
• De gemeente Utrecht heeft samen met de woningcorporaties en de NEMO-instellingen een actieplan sociale woningbouw opgesteld.
• Op basis van het advies van een werkgroep van gemeente en instellingen is de norm voor de wachtlijst opvang en beschermd wonen op zestien weken vastgesteld. Bij het bepalen van de norm is rekening gehouden met zowel de persoonlijke behoefte aan passende ondersteuning van cliënten als aan aspecten van bedrijfsvoering en (wettelijke) termijnen en vereisten van indicatiestelling.

Daarnaast is er een start gemaakt met de doorontwikkeling van de eerste opvang van dak- en thuislozen waarbij wij ons richten op drie trajecten:

• Vorming van een Stadsteam Herstel. Dit team zorgt voor de opsporing en toeleiding naar verdere hulpverlening van daklozen in Utrecht. Het draagt bij aan het anders organiseren van de hulpverlening aan daklozen en het sneller later doorstromen van daklozen naar vervolgvoorzieningen voor opvang en begeleiding.
• Doorstroom (deel) bezoekers Dagopvang Catharijnehuis naar andere voorzieningen. Het Catharijnehuis, de ketenpartners en de gemeente werken intensief samen aan het verlagen van de bezoekersdruk bij het Catharijnehuis. Inzet is om een deel van de groep stapsgewijs toe te leiden naar voorzieningen die beter bijdragen aan een hersteltraject.
• Vernieuwde visie op de opvang van dak- en thuislozen in Utrecht, gericht op het vergroten van de kans op herstel.

Huiselijk geweld en kindermishandeling
In de Regiovisie huiselijk geweld en kindermishandeling zijn de volgende speerpunten benoemd die de deelnemende 28 gemeenten gezamenlijk oppakken:

• Inbedding van het werken met de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
• Extra inzet op de aanpak van ouderenmishandeling met specifieke aandacht voor de thema’s voorkomen ontspoorde mantelzorg, financieel misbruik en tools handelingsverlegenheid voor professionals. Er zijn aandachtsfunctionarissen ouderenmishandeling bij Veilig Thuis Utrecht aangesteld en er zijn buurtteammedewerkers getraind op het thema ouderenmishandeling
• Uitstroom: De druk op de woningmarkt door uitstroom uit de opvang vanwege huiselijk geweld concentreert zich in de gemeente waar opvanginstellingen zijn gevestigd. Er is een traject gestart om met alle regiogemeenten afspraken te maken over uitstroom, urgentieverlening en beschikbaar woningaanbod en passende begeleiding.

Vluchtelingen
In 2016 hebben we in samenwerking met het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers het aantal structurele plaatsen voor de opvang van asielzoekers uitgebreid van 450 naar 600. Tevens zijn er 250 tijdelijke plaatsen toegevoegd. Dit alles als antwoord op de toenmalige verhoogde asielinstroom. We hebben een nieuw concept voor vluchtelingenopvang ontwikkeld in de vorm van 'plan Einstein' waarin asielzoekers en (jonge) buurtbewoners in Overvecht samen wonen, samen leven en samen leren. Een inclusieve aanpak die zowel ten goede komt aan de asielzoekers als aan de buurtbewoners in Overvecht. Plan Einstein is door de Europese Commissie als top 5% van innovatieve projecten gewaardeerd. De 38 jongeren met binding met Overvecht zijn in november 2016 al in het gebouw van de opvang gaan wonen (de eerste asielzoekers volgende eind februari 2017). In 2016 zijn stadsgesprekken op gebied van integratie van vluchtelingen en over de toekomstige kaders voor de opvang van asielzoekers gehouden. Dit met het doel om de energie die er is om vluchtelingen te ondersteunen te behouden en de zorgen van mensen in de stad over de opvang van asielzoekers te bespreken.